Behandeling

De behandeling van (peuter)astma bestaat uit 2 delen: 'onderzoek en behandeling' en 'aanvullend onderzoek'.

Onderzoek en behandeling

Behandeling van (peuter)astma is erop gericht de verschijnselen te verlichten. Een aanval van peuterastma ontstaat meestal door een virusinfectie. Er bestaan geen medicijnen om een dergelijke infectie te voorkomen en/of te bestrijden. Die verkoudheid moet uw kind dus gewoon uitzieken. De gevolgen van de verkoudheid voor de lagere luchtwegen (de benauwdheid en het piepen) kunnen wel effectief behandeld worden.

Salbutamol (Ventolin)

Dit gebeurt met regelmatige toediening van Salbutamol (Ventolin). Salbutamol is een luchtwegverwijder die de spiertjes rond de luchtwegen weer laat ontspannen. Het medicijn wordt toegediend in de vorm van pufjes met een voorzetkamer (afhankelijk van leeftijd met een kapje of mondstuk) of met een vernevelaar. De arts en verpleegkundige bepalen hoe vaak de medicijnen worden toegediend. Dat varieert van elk kwartier tot elke 3 uur. De arts of verpleegkundig beoordeelt daarom regelmatig de situatie en bespreekt dit met u.

Het effect van Salbutamol is vaak aan het gedrag van uw kind te merken. Uw kind wordt levendiger, ademt makkelijker en hoest beter het slijm op. En hierdoor slaapt, eet en drinkt uw kind ook weer beter. Mogelijke bijwerkingen van regelmatig Salbutamolgebruik zijn: druk gedrag, snelle hartslag en soms krijgen kinderen tijdelijk last van trillende handen.

Bloedonderzoek

Als de arts of verpleegkundig denkt dat een allergie meespeelt bij de klachten van uw kind, kan dit bepaald worden door een bloedonderzoek. De kinderlongverpleegkundige probeert samen met u de oorzaak te achterhalen van de aanval en neemt de inhalatietechniek met u door. Ook het afbouwschema Salbutamol voor thuis, wordt met u doorgenomen. En natuurlijk komen uw vragen ruim aan bod.

Aanvullend onderzoek

Als de arts aan (peuter)astma denkt als oorzaak van de klachten van uw kind, dan is het vaak nuttig om aanvullend allergieonderzoek te doen.

Allergieonderzoek

Op de afdeling kindergeneeskunde wordt bij kinderen met (peuter)astma alleen onderzoek verricht naar allergie voor inhalatieallergenen (stoffen die worden ingeademd). Voedselallergie speelt vrijwel nooit een rol bij astmaklachten bij kinderen. Onderzoek naar voedselallergie kan niet betrouwbaar worden verricht door middel van bloedonderzoek. Als u vermoedt dat uw kind een voedselallergie zou kunnen hebben, dan kan uw arts advies geven hoe dat het beste kan worden onderzocht.

Onderzoek naar allergie voor inhalatieallergenen kan betrouwbaar worden gedaan door middel van bloedonderzoek of een huidpriktest. Als bij een kind een allergie voor inhalatieallergenen wordt aangetoond, dan speelt die meestal een rol in het klachtenpatroon. De arts zal u dan aanraden om blootstelling aan het betreffende allergeen te vermijden. Dit noemen we sanatie. Als er geen allergie wordt aangetoond, dan kan die zich later alsnog ontwikkelen. De kans op een aantoonbare allergie neemt namelijk toe met de leeftijd.

Longfunctieonderzoek

Longfunctieonderzoek is bij jonge kinderen niet routinematig mogelijk. Bij kinderen met peuterastma wordt dan ook geen longfunctieonderzoek verricht. Wanneer het vermoeden astma duidelijker gaat worden kan een longfunctie test ondersteunend zijn aan de diagnose. Tijdens een longfunctie onderzoek wordt er bekeken hoeveel lucht er maximaal in of uit kan worden geademd. Benieuwd hoe een longfunctieonderzoek in zijn werk gaat? Bekijk de video!