Bevallen

U bent zwanger en moet binnenkort bevallen. Dit is een hele mooie, maar soms ook spannende tijd. Op deze pagina vindt u meer informatie over onder andere de keuze van de plek van de bevalling, het type pijnbestrijding en de bevalling zelf.

De afdeling verloskunde biedt alle zorg tijdens zwangerschap, bevallen en kraamperiode.

Kiezen waar te bevallen

U kunt in overleg met uw verloskundige ervoor kiezen om thuis te bevallen. Indien er toch een risico is op complicaties, kunt u in het ziekenhuis bevallen.

Medische bevalling

Bij een medische (klinische) bevalling is er een medische reden waardoor het noodzakelijk is dat u in het ziekenhuis bevalt.

Poliklinische bevalling

Bij een poliklinische bevalling komt u vlak voor de bevalling naar Ziekenhuis Gelderse Vallei. Na de geboorte van uw kind gaat u weer naar huis, zo snel als dat kan.

Een verplaatste thuisbevalling is bevallen in het ziekenhuis, maar onder leiding van de eigen verloskundige en met hulp van een kraamverzorgende. Het wordt ook wel poliklinisch bevallen genoemd. De bevalling vindt plaats in één van de twee huiselijke kraamsuites van Ziekenhuis Gelderse Vallei.

Goede voorbereiding helpt

Het is niet te voorspellen hoe u de bevalling zult ervaren. U heeft er vast veel over gelezen. Misschien heeft u een zwangerschapscursus gevolgd. Het is belangrijk om u voor te bereiden. Ook wij leggen u uit wat u kunt verwachten. We proberen u zo goed mogelijk te begeleiden. Heeft u speciale wensen? Bespreek die dan gerust met ons. Het is belangrijk dat u zich op uw gemak voelt.

Een geboorteplan

Een geboorteplan kan helpen met de voorbereiding op de bevalling. Het is een manier om samen met uw partner te ontdekken wat u belangrijk vindt en wat uw persoonlijke ideeën en wensen zijn. Het is voor u en voor de zorgverleners een manier om elkaar beter te begrijpen. Zodat er tijdens en na de bevalling goed samengewerkt kan worden. Het geboorteplan telt 1 a4-tje.

Wat schrijft u in een geboorteplan?

Als een eerdere bevalling moeizaam is verlopen, kan dit een stressfactor zijn voor een volgende bevalling. U kunt dan opschrijven wat u als vervelend heeft ervaren. En hoe u dit graag anders wilt zien. Ook positieve ervaringen kunt u opschrijven.

De bevalling

Harde buiken en voorweeën

In de laatste weken van uw zwangerschap kunt u vaker en pijnlijkere harde buiken krijgen. De pijn is kort en lijkt op menstruatiekramp. Er zit geen regelmaat in. Dit kan langere tijd aanhouden. Deze harde buiken worden ook wel voorweeën genoemd. Twijfelt u of u voorweeën of ontsluitingsweeën heeft? Neem dan gerust contact met ons op.

Verlies van slijmprop en bloed

In de zwangerschap wordt de baarmoedermond afgesloten door een slijmprop. Door de (voor)weeën wordt de baarmoedermond week en soepel en opent een beetje. Dan kan de slijmprop loskomen. U kunt ook een beetje bloed verliezen. Het verliezen van de slijmprop of bloed zegt niks over het moment waarop de bevalling begint. Als de slijmprop loskomt, hoeft u ook geen contact met ons op te nemen. Is het bloedverlies niet slijmerig, maar helderrood? En lijkt het in hoeveelheid op een menstruatie? Neem dan wél contact op.

Inleiden bevalling

Als we de bevalling inleiden, brengen we die kunstmatig op gang. Dit gebeurt door het kunstmatig breken van de vliezen en met medicijnen die de weeën opwekken.

Wanneer wordt een bevalling ingeleid?

Er kunnen allerlei redenen zijn om de bevalling in te leiden. Bijvoorbeeld wanneer verwacht wordt dat de situatie voor het kind buiten de baarmoeder gunstiger zal zijn dan in de baarmoeder. Dit kan komen door een verminderde conditie van uw baby, maar ook van uzelf.

Waar gebeurt het inleiden van een bevalling?

Een inleiding vindt altijd plaats in het ziekenhuis, onder verantwoordelijkheid van een gynaecoloog.

Het breken van de vliezen

Bij 10% van de vrouwen begint de bevalling met het breken van de vliezen. Het kan gebeuren dat u ineens veel vruchtwater verliest en dat het vruchtwater daarna blijft lopen. Het kan ook zijn dat u twijfelt of u vruchtwater verliest, omdat u steeds een klein beetje vocht verliest. Probeer dan een beetje vocht op te vangen in een potje en neem contact met ons op. Doe dit zeker als de baby niet (goed) is ingedaald. U kunt dan het beste direct naar het ziekenhuis komen in liggende/halfzittende houding.

De kleur van vruchtwater

Vruchtwater is meestal kleurloos of roze, soms met witte vlokjes. Dit is huidsmeer van de baby. Het kan ook zijn dat het vruchtwater bruin of groen is. Dan heeft de baby in het vruchtwater gepoept. Dit kan betekenen dat de baby het benauwd heeft (gehad). Wij houden de conditie van uw baby dan extra goed in de gaten. Dit doen we met een CTG (hartfilmpje) en soms een microbloedonderzoek. Blijkt dat uw baby inderdaad in het vruchtwater heeft gepoept? Dan blijven u en de baby na de bevalling een aantal uur in het ziekenhuis. Zo kunnen we goed observeren of de baby last heeft van vruchtwater dat hij misschien heeft binnengekregen.

Een bevalling verloopt in 3 fasen:

  • de ontsluiting
  • de uitdrijving
  • de nageboorte

De ontsluiting

Door hormonen wordt de baarmoedermond weker, soepeler en korter. Er ontstaan ontsluitingsweeën. Die zijn nodig om de baarmoedermond te openen. Het hormoon oxytocine zorgt ervoor dat de baarmoederspier gaat samentrekken. De baarmoeder doet dat steeds krachtiger en frequenter. Het hoofdje van de baby drukt de baarmoedermond millimeter voor millimeter open, zodat het uiteindelijk geboren kan worden.

Hoe lang duurt de ontsluitingsfase?

Het is moeilijk aan te geven hoe lang de ontsluitingsfase zal duren. Bij een eerste kindje duurt het waarschijnlijk langer dan bij een volgende bevalling. Tijdens de eerste centimeters ontsluiting zijn de weeën nog niet heel krachtig. Er zitten vaak langere pauzes tussen. Daarom duren de eerste centimeters vaak langer. Als de ontsluiting ongeveer 4 tot 5 centimeter is, komt de bevalling in een stroomversnelling. De weeën doen dan behoorlijk pijn en duren langer. Ze komen meestal om de 2 minuten en duren wel 1 minuut. Gemiddeld vordert de ontsluiting in deze fase met 1 centimeter per uur. Vaak heeft u slijmerige, bloederige afscheiding. De vliezen breken meestal spontaan. Als dit niet gebeurt, prikken wij de vliezen door. De arts of verloskundige voelt regelmatig hoe de ontsluiting vordert.

De uitdrijving

Als de baarmoedermond 10 centimeter open is, begint de uitdrijvingsfase. In de uitdrijvingsfase mag u uw kindje naar buiten persen. Bij een eerste bevalling duurt dit vaak een uur. Het is belangrijk dat u goed naar de instructies van de arts of verloskundige luistert.

De nageboorte

Nadat uw baby is geboren, moet de placenta nog geboren worden. Dit noemen we de nageboorte. Het hormoon oxytocine zorgt ervoor dat de baarmoeder samentrekt. Zo komt de placenta los van de baarmoeder. Het is belangrijk dat de baarmoeder goed samentrekt. Dit voorkomt veel bloedverlies. U krijgt daarom een extra dosis oxytocine via een infuus of via een prik in uw bovenbeen. Als de placenta geboren is, controleren we of placenta en vliezen compleet zijn. U mag de placenta bekijken en mee naar huis nemen. Wilt u dat niet? Dan ruimen wij de placenta op.

Als de placenta niet spontaan geboren wordt

Het kan gebeuren dat de placenta niet spontaan geboren wordt. Is dat na een half uur nog niet gebeurd? Dan controleren we of uw blaas leeg is. Een volle blaas kan er namelijk voor zorgen dat de placenta niet geboren kan worden. Als het legen van uw blaas niet helpt, krijgt u een sterker medicijn om de baarmoeder te laten samentrekken. Helpt ook dit niet en is de placenta na een uur nog niet geboren? Dan verwijderen we de placenta tijdens een operatie. Ook als u veel bloed verliest, kan dit een reden zijn om de placenta operatief te verwijderen.

Hechten

Nadat de placenta geboren is, controleert de arts of verloskundige uw schaamlippen en perineum (het gedeelte tussen de vagina en de anus) of u bent ingescheurd. Ook kan het zijn dat er een knip is gezet. Het is belangrijk dat scheurtjes en een knip netjes gehecht worden. Het hechten gebeurt onder plaatselijke verdoving. Het komt voor dat iemand zover is ingescheurd dat de kringspier van de anus is beschadigd. Dan gebeurt het hechten op de operatiekamer onder narcose. Heeft u hechtingen? Dan is het verstandig om tijdens het plassen te spoelen met lauwwarm water. U kunt dit doen door te plassen onder de douche. U heeft dan minder last van een prikkend gevoel. Spoelen is ook de enige goede manier om de hechtingen goed schoon te houden.

Bij een keizersnede wordt de baby via een operatie uit de buik gehaald. Een keizersnede wordt uitgevoerd als een bevalling via de vagina niet mogelijk is. Of als een vaginale bevalling te grote risico’s met zich meebrengt voor u, uw kind of voor u beiden. Lees hier meer over de keizersnede in Ziekenhuis Gelderse Vallei. 

Normaal duurt een zwangerschap rond de 40 weken. Als een baby voor 37 weken zwangerschap wordt geboren, spreken we van een vroeggeboorte. Dit heet ook wel premature bevalling. Hoe langer de baby in de baarmoeder blijft, hoe beter de vooruitzichten zijn. Meer informatie vindt u hier. 

Gezonde moeder

Heeft u als moeder geen medische zorg meer nodig, maar uw kind wel? Dan kunt u in het ziekenhuis bij uw kind blijven onder de regeling 'gezonde moeder'. Hier vindt u meer informatie over deze regeling

Voorlichtingsvideo's