Controles tijdens zwangerschap

In Nederland gaan zwangere vrouwen voor controle naar de verloskundige. Soms zijn er tijdens de zwangerschap redenen om u in het ziekenhuis nader te controleren. In dit het geval verwijst uw huisarts, verloskundige of een andere medisch specialist u door naar het ziekenhuis.

Mogelijke redenen voor controle in het ziekenhuis

U gaat voor controle naar het ziekenhuis wanneer:

  • u een aandoening of ziekte heeft (bijvoorbeeld een hoge bloeddruk, epilepsie, suikerziekte)
  • u complicaties had bij een vorige zwangerschap of bevalling (zoals zwangerschapsvergiftiging, een te klein kind of een keizersnede)
  • u zwanger bent van een meerling
  • uw kind in stuitligging ligt aan het einde van de zwangerschap

Tijdens de controles in het ziekenhuis wordt u gecontroleerd door een gynaecoloog, arts-assistent of een klinisch verloskundige.

Voorafgaand aan uw eerste controle vult u een vragenlijst in over uw gezondheid, medicijngebruik, erfelijke ziektes, eerdere zwangerschappen en/of bevallingen. De eerste controle plannen we rond de negende zwangerschapsweek. Deze controle duurt maximaal 30 minuten. Tijdens de eerste controle bespreken we de vragenlijst. We maken een echo om de vitaliteit van uw kindje(s) te onderzoeken. Tussen 10 en 12 weken maken we een echo om te bepalen wanneer u bent uitgerekend. En om te bepalen of u zwanger bent van 1 kindje of van een meerling. Verder krijgt u informatie over de mogelijkheden om onderzoek te laten doen naar erfelijke en aangeboren afwijkingen bij de foetus. En u krijgt formulieren voor bloedonderzoek.

Het aantal vervolgcontroles hangt af van de reden waarom u in het ziekenhuis onder controle bent. In het begin van de zwangerschap zijn de afspraken om de 4 weken, daarna iedere 2 tot 3 weken. Vanaf 36 weken zwangerschap komt u elke week voor controle. Soms kan het nodig zijn om tussendoor extra onderzoek te doen. Aan het begin van elke controle komt u bij de polikliniekassistente. Zij meet uw bloeddruk. Daarna ziet u de gynaecoloog, arts-assistent of klinisch verloskundige. Bij elke controle vragen wij hoe het met u gaat en hoe u zich voelt. En of en hoe vaak u de baby voelt. We voelen aan de buik om de groei en ligging van de baby te beoordelen. We controleren altijd de hartslag van de baby. Een aantal keer tijdens de zwangerschap kijken we met een echo of de baby goed groeit.

Rond 35-36 weken krijgt u een echo om de ligging van de baby te bekijken. Als het einde van de zwangerschap in zicht komt, doen we soms inwendig onderzoek. Hierbij voelen we of de baarmoedermond al iets open staat.

Een zwangerschap, bevalling en kraamperiode zijn over het algemeen blijde gebeurtenissen. Maar helaas geldt dit niet voor iedereen. Een zwangerschap, de bevalling en de geboorte van een kind zijn grote veranderingen in uw leven. In ons ziekenhuis hebben wij aandacht voor zwangere vrouwen die hierbij extra begeleiding nodig hebben. Verloskundigen, kinderartsen, psychiaters en medisch maatschappelijk werkers werken daarvoor samen in een POP-overleg. Zij ondersteunen, adviseren en behandelen vrouwen tijdens hun zwangerschap en in het kraambed.