Zielman is eigenlijk ‘zielvrouw’

Bijna 10 jaar werkt Marieke Zielman-van Popta als gespecialiseerd verpleegkundige oncologie op de oncologische dagbehandeling van Ziekenhuis Gelderse Vallei. Hier zijn de meeste kankerpatiënten, noodgedwongen, kind aan huis om hun chemokuur te krijgen.
Marieke doet haar naam eer aan en is er voor de zielen met kanker die daar binnenstappen. Juist die begeleiding van al die verschillende mensen die soms geheel ontredderd en dan weer heel veerkrachtig zijn, past haar als geen ander.

De aanleiding is Wereldkankerdag, doen jullie daar wat aan?

‘Welnee, voor ons is het elke dag Wereldkankerdag. Met volle overgave geven we dagelijks de best mogelijke zorg. Dat krijgen we ook terug van onze patiënten, die waarderen het enorm wat we voor hen betekenen. Dat geeft ons vleugels. En taart. Ik denk dat wij wel de afdeling zijn waar het meeste gebak wordt gegeten.’

Hoe ben je hier terecht gekomen?

‘Na mijn opleiding heb ik eerst wat rondgezworven. Eerst kinder- en jeudpsychiatrie, toen de thuiszorg. Na een bijscholing over palliatieve zorg wist ik het! Toen heb ik twee jaar in het Radboud umc op de oncologieafdeling gewerkt, voor ik overstapte naar Ziekenhuis Gelderse Vallei. Ik woonde in Ede en hier kon ik ook de vervolgopleiding oncologie doen. We werken hier allround: ik doe intakegesprekken, sluit mensen aan op het infuus, geef voorlichting en ben soms de dagcoördinator. Het allermooiste van mijn vak vind ik de begeleiding van patiënten en hun naasten.’

Wat maakt die begeleiding speciaal?

‘Je leert hier de mensen in korte tijd heel goed kennen. Ze komen gespannen binnen. Vaak is hun eerste indruk: ‘Wat is het hier druk!’ Sommigen zijn gelaten, anderen willen koste wat het kost doorgaan. Sommigen zeggen ‘Voor mij hoeft het niet meer, ik vind het niet erg om dood te gaan’. Maar het perspectief voor de personen die ernaast staan, is anders. Die gaan iemand verliezen en moeten alleen verder.
Soms lijden mensen erg onder de behandeling. Of om de confrontatie met de jonge vrouw in de behandelstoel ernaast met een klein kind. Of met de buurman die palliatief behandeld wordt. Soms vinden mensen het hier fijn, juist omdat er wat aan de kanker wordt gedaan. Dan is het moeilijk om te stoppen met kuren. Je ziet hier mensen op hun slechtst, maar je ziet ook ieders veerkracht. Elke patiënt loopt zijn eigen pad, heeft zijn eigen manier van verwerken. Hoe je er ook mee omgaat, het is altijd goed. En daarbij vind ik het ook heel belangrijk om gewoon de mens achter de patiënt te blijven zien. Je bent meer dan je kanker.’

Wat leer je er zelf van?

‘Pluk de dag, dat is waar ik en mijn collega’s ons heel erg bewust van zijn. Niet wachten, maar gewoon doen. Ik heb zelf net een pre-master filosofie afgerond. Zoiets stel ik niet uit, ook al heb ik mijn werk en een druk gezin. Als mijn jongste naar school gaat, start ik met de master Praktische filosofie.’